FME kritisch op EU-VS handelsdeal: “Conflict afgewend, maar tegen hoge prijs”
De recent gesloten handelsdeal tussen de Europese Unie en de Verenigde Staten voorkomt op korte termijn een escalatie van het sluimerende handelsconflict. Toch luidt brancheorganisatie FME de noodklok: de afspraken zijn volgens voorzitter Theo Henrar onevenwichtig en nadelig voor de Europese industrie.
“We hebben een conflict vermeden, maar wel tegen een veel te hoge prijs. Deze deal legt de rode loper uit voor Amerikaanse producten, terwijl onze industrie achterblijft met handelsbarrières.”
Foto: 54U Media-AI
Onevenwichtige afspraken
Het dreigende invoertarief van 30% op Europese producten is voorlopig van tafel, wat voor rust in de handel zorgt. Maar daar staat tegenover dat Europese producten slechts tegen een verhoogd tarief van 15% toegang krijgen tot de Amerikaanse markt. Amerikaanse goederen kunnen daarentegen zonder enige heffing Europa binnenkomen.
“Dat is geen gelijkwaardige handelsrelatie,” stelt Henrar. “We hebben een conflict vermeden, maar wel tegen een veel te hoge prijs. Deze deal legt de rode loper uit voor Amerikaanse producten, terwijl onze industrie achterblijft met handelsbarrières.”
Nul-tarief voor enkele sectoren
Voor sectoren als semicon-apparatuur, vliegtuigonderdelen en bepaalde grondstoffen geldt een uitzondering met een nul-tarief. Toch is de invulling daarvan nog onduidelijk en blijft een groot deel van de Europese industrie – waaronder ook veel Nederlandse maakbedrijven – buiten deze regeling vallen. De bestaande importheffingen van 50% op staal en aluminium blijven bovendien ongewijzigd.
Oproep aan Brussel en Den Haag
FME roept de Europese Commissie en de Nederlandse regering op om zich hard te maken voor een meer gebalanceerde markttoegang, met expliciete aandacht voor sectoren als de staalindustrie en de technologische industrie. Daarnaast pleit de organisatie voor versterking van de eigen weerbaarheid: “We moeten blijven investeren in innovatie, handelsbevordering en strategische autonomie,” aldus Henrar. “Alleen zo kunnen we het verdienvermogen van onze industrie én onze internationale positie veiligstellen.”